Rigard Boerwinkel 1968-1999

Het water. Grijze golven die in elkaar overvloeien. Ze steken hun kopje op en verdwijnen weer. Geruisloos. Hoe zou het zijn geweest wanneer het water stil was. Vlak. Met alleen de avondzon erboven. Vredig. Bijna uitnodigend. Als watermens heb ik elke vakantie wel even een kleine dialoog met het water, en de golfjes. En denk ik aan jou. Wat was ik boos op jou. Ik schreef je brieven. Ik praatte tegen je. Stelde vragen waar geen antwoord op kwam. Ik … Lees meer …

Gewetenswroeging

Gewetenswroeging. Het innerlijk conflict wat is uitgegroeid tot een ware war-zone die ik geestelijk ter nauwer nood weet te hanteren. Waarbij de agressor in mij het nog steeds wint van de pacifist, van de gewetensbezwaarde. En toch doe ik het. Waar moet dit eindigen? Wie ben ik, waar ben ik gebleven? Het begon met de zonnebloem. De zonnebloemplantjes. Twee stuks. Was dat nodig? Nee. Mijn tuin is een harmonieus geheel van roze, paars en wit. Maar de verleiding bracht mij … Lees meer …

Instead of Chocolate: Tindercrisis (H9.2)

Uit hoofdstuk 9, Opperdepop, 9.3. de Tindercrisis. Wat eraan vooraf ging: “.….denderde in het zwarte gat van de liefdeloosheid, van de schijn en van wat lijkt. Warm lijkt op warmte. Lief lijkt op liefde. Intiem lijkt op intimiteit. Maar het is het niet“. 9.2. Tindercrisis Tip 8: Onthoud, ook wanneer je het vergeet, dat alle mannen bier kunnen drinken, op de grond spugen en ‘kut’ roepen. (Motto van Ron van de brommerclub; zo zijn mannen nu eenmaal). ‘Net als de … Lees meer …

Sprookjes voor Volwassenen (2): Het Heksengebrek

Heel erg lang geleden, om precies te zijn in 1545, in een onbekend stadje hier ver vandaan, namelijk Tilbourgh, werd er een meisje geboren die van haar ouders geen naam kreeg. Dat kwam omdat haar ouders zo arm waren, en haar vader was bovendien een zuiplap, dat ze niet voor haar konden zorgen. Dus legden ze haar te grabbel bij de kloosterpoort iets buiten de stad. Terwijl haar vader zijn plaats innam in de lokale kroeg, verschool haar moeder zich … Lees meer …

Manvriendelijk opruimen

Wanneer ik bezig ben onkruid, of misschien toch wel een plant, uit mijn tuin te trekken word ik aangesproken door een kennis van de vorige bewoonster van mijn huis. We praten over haar, over hem en vervolgens over mij en ondertussen probeert hij te zien wat er zoal is veranderd in het huis, sinds de vorige bewoonster. „Je mag wel even binnenkomen”, zeg ik. Binnen gekomen benoemt hij de verschillen en meldt dat hij oog heeft voor detail. Er is … Lees meer …